Paragrafen

B. Weerstandsvermogen en risicobeheersing

Inleiding

In deze paragraaf komen aan de orde het weerstandsvermogen, de weerstandscapaciteit, het risicomanagement en de risico’s. Wij hebben de (rest)risico’s financieel gekwantificeerd en in relatie gebracht met het weerstandsvermogen. Wij ontwikkelen dit verder in combinatie met het risicomanagement in onze organisatie.
Daarnaast staan in deze paragraaf de wettelijk verplichte financiële kengetallen. Deze geven een beeld van de financiële positie van onze gemeente.

Weerstandsvermogen

Het weerstandsvermogen geeft de mate aan waarin wij in staat zijn financiële tegenvallers op te vangen. Een reëel sluitende begroting (structureel evenwicht tussen lasten en baten) garandeert niet dat wij forse onvoorziene tegenvallers kunnen opvangen. Een financiële buffer is daarom wenselijk. Deze buffer bestaat uit een bepaalde vrije ruimte in de exploitatie en een voldoende sterke vermogenspositie. Wij bepalen zelf de omvang van de vrije ruimte en het vrij aanwendbare vermogen. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen de weerstandscapaciteit en de risico’s. Dit zijn de risico's waarvan uit de risicoanalyse blijkt dat wij hiervoor nu geen maatregelen kunnen nemen. Verder geldt dat het risico's zijn die van materiële betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie.

Weerstandscapaciteit

De weerstandscapaciteit zijn de middelen en mogelijkheden waarover wij beschikken om niet begrote kosten te dekken.
Wij bepalen eerst de vermogensruimte om de weerstandscapaciteit te kunnen berekenen.

Berekening vermogensruimte

Bedrag

Stand algemene reserve per 31-12-2021

37.432

Rekeningresultaat 2021 tgv algemene reserve

6.719

Geraamde dotaties/ onttrekkingen aan de algemene reserve 

- 763

Totale vrije vermogensruimte

43.388

De vermogensruimte kan de komende jaren verder toenemen met positieve rekeningresultaten.

De weerstandscapaciteit is nu als volgt te berekenen:

Berekening weerstandscapaciteit

Bedrag

Structurele weerstandscapaciteit (exploitatieruimte)

Onbenutte belastingcapaciteit:

  • OZB

-

  • Rioolheffing

-

  • Afvalstoffenheffing

536

Stelpost voor onvoorziene uitgaven

250

Subtotaal structureel

786

Incidentele weerstandscapaciteit (exploitatieruimte)

Vrij aanwendbare deel algemene reserve

43.388

Stille reserves

pm

Subtotaal incidenteel

43.388

Totale weerstandscapaciteit

44.174

De niet benutte belastingcapaciteit (bij deze berekening € 536.000) is een instrument dat ons de mogelijkheid geeft om extra belastinginkomsten te genereren.

Risicomanagement
Wij hebben onze (belangrijkste) risico’s in beeld. Om onze risico’s te beheersen namen we maatregelen. De (mogelijke) financiële gevolgen van de (rest)risico’s kwantificeren wij in onze begroting en jaarrekening. Wij verwijzen hiervoor naar de paragraaf ‘Weerstandsvermogen en risicobeheersing’.

In 2021 hielden wij enkele workshops samen met de gemeente Goes. Deze workshops gingen over risico’s (kritische gebeurtenissen) op het gebied van jeugdhulp en de Wet maatschappelijke ontwikkeling (Wmo). Dit zijn twee pilots om te komen tot gestructureerd en systematisch risicomanagement. De organisatie startte in 2021 met de uitwerking van de resultaten van de pilots.

De geplande (fysieke) workshops frauderisicoanalyse gingen ook in 2021 door COVID-19 niet door. Deze workshops zijn bedoeld als start om te komen tot een organisatie brede frauderisicoanalyse. De beperkingen als gevolg van COVID-19 lijken nu echter langduriger te zijn. We onderzoeken dan ook in 2022 of een andere opzet om te komen tot een organisatie brede frauderisicoanalyse mogelijk is.

Risico's

Een risico is een gebeurtenis die het behalen van afgesproken doel(en) en resultaten kunnen belemmeren of vertragen. Dit zijn naast financiële ook niet-financiële risico’s, zoals bestuurlijke en juridische risico’s, imago- en frauderisico’s. Deze hebben niet (altijd) direct een financiële impact, maar kunnen (op termijn) wel grote gevolgen hebben voor de gemeente.

Niet alle risico’s zijn belangrijk voor het weerstandsvermogen. Wij brengen de belangrijkste risico’s in beeld. Dit betreft de risico's waarvoor wij geen beheersmaatregelen hebben (kunnen) nemen of die niet zijn afgedekt door bijvoorbeeld een voorziening. Uitgangspunt voor deze verantwoording zijn de risico's die zijn opgenomen in de Begroting 2021. Verder hebben wij kritisch gekeken naar ‘nieuwe’ restrisico’s. Wij vermelden de restrisico’s met een financiële impact vanaf € 100.000. Wij houden daarbij rekening met het slechtst denkbare scenario.
Wij delen de risico's als volgt in:
1   Risico's opgenomen in de begroting 2021;
2   Nieuwe risico's die zich in de loop van 2021 voordeden;
3   Risico's na 2021.

  1. Risico's Begroting 2021

In de Begroting 2021 namen we onderstaande risico's op. Wij maken in deze tabel een vergelijking tussen de begrote risico's 2021 en de risico's die in 2021 tot kosten leidde.  

Onderdeel

Risico

Financieel gevolg in
€ 1.000

Begroting 2021

Jaarrekening 2021

Covid-19

De financiële gevolgen van Covid-19 zijn in 2021 hoger dan de raming in de begroting 2021 (€ 400.000)

400

0

Sociaal domein

De bezuinigingstaakstelling Sociaal Domein wordt niet gehaald

5.200

3.549

Gemeentefonds  Trap op, trap af

Algemene uitkering gemeentefonds daalt door ‘Trap op, trap af’

*500

0

Gemeentefonds herverdeling

Algemene uitkering gemeentefonds daalt door herverdeling in 2022

**1.375

0

Invoering Omgevingswet

De legesopbrengst is lager dan geraamd

*200

0

Verduurzaming vastgoed

Hogere netto kosten verduurzaming gemeentelijk vastgoed

*1.000

0

Contracten RUD Zeeland

Geen nieuwe contracten met RUD Zeeland na 2023

pm

0

Fiscale controles

Controles leiden tot correcties met negatieve financiële gevolgen

*500

0

Schadeclaims

Aansprakelijkheidstellingen door derden die leiden tot schadevergoeding

200

0

Verbonden partijen

Bijdragen aan verbonden partijen zijn hoger dan de (geraamde) VZG-richtlijn

*200

0

Zwembad Koewacht

Voor vervanging van de bak is geen budget geraamd

500

0

*  deze risico's gelden vanaf 2022
** in 2022 € 1.375.000 en vanaf 2023 € 2.750.000

Toelichting

Sociaal domein
We startten aan het begin van het jaar met een taakstelling van € 5,2 miljoen. In de loop van het jaar volgden mutaties zowel positief als negatief elkaar snel op. Hiervan informeerden wij de gemeenteraad in twee aparte monitors sociaal domein (juni en december). Het resultaat van al deze mutaties was dat er eind van het jaar nog een bedrag van € 3,5 miljoen op stelposten sociaal domein (taakstelling en mutaties sociaal domein) overblijft. Dit betreft vooral de jeugd en Wmo middelen.
Het deel wat we nog tekort komen voor budgetneutraliteit in het sociaal domein komt vanuit een positief saldo van € 1,7 miljoen uit de Participatiewet en een onttrekking aan de reserve sociaal domein.
In de reserve resteert na deze onttrekking en de claims die er nog op loggen € 1,5 ton.

Gemeentefonds 'Trap op, trap af'
Het Rijk besloot in verband met COVID-19 om het accres in 2020 en 2021 te bevriezen. In deze jaren deed het risico zich niet voor.

Gemeentefonds- herijking
Het Rijk heeft de herverdeling van het gemeentefonds uitgesteld naar 2023.

Invoering Omgevingswet
Door uitstel van de invoering van de nieuwe wet deed het risico zich niet voor.

Gebouwen - verduurzaming
I
n juli stelde de gemeenteraad de strategie verduurzaming gemeentelijk vastgoed vast. Met deze strategie brachten we de eerder omschreven risico’s in beeld. Ook besloten we om te investeren om aan (toekomstige) wettelijke eisen en doelstellingen te kunnen voldoen. Een deel van toekomstig ‘restrisico’ ondervangen we door gebruikmaking van een (financiële) post onvoorzien binnen de beschikbaar gestelde investeringsbudgetten. De bedragen voor de verduurzaming namen we op in de Begroting 2022-2025.
Afgelopen jaar deden zich geen risico's voor.

Fiscale controles
Wij hadden geen negatieve correcties.

Schadeclaims
In de begroting hadden wij als mogelijke schadeclaim opgenomen nadeelcompensatie Westkade Sas van Gent. Een claim over nadeelcompensatie van de Westkade te Sas van Gent is in maart afgewezen. Bezwaar c.q. beroep daartegen was niet mogelijk. Een andere claim is ingetrokken. Verder leidde de overige vooraankondigingen voor nadeelcompensatie voor de Westkade niet tot het daadwerkelijk indienen van claims.

Verbonden partijen
Dit risico deed zich niet voor. Wel kregen we de eerste signalen dat dit voor 2022 en volgende jaren wel een item is, zeker bij de GGD. Bij deze verbonden partij kwam dit signaal bij het proces tot vaststellen van hun begroting 2022-2025 voor de zomer van afgelopen jaar.

Zwembad Koewacht
Vervanging van de zwembadbak was niet nodig.

  1. Nieuwe risico's in 2021

COVID-19
In 2021 was de COVID-19 pandemie nog volop aanwezig. Wij verwijzen voor informatie over (de gevolgen van) COVID-19 naar de aparte paragraaf hierover.

  1. Risico's na 2021

COVID-19
Ook na 2021 ondervinden wij de (financiële) gevolgen van COVID-19, zie ook verderop in deze paragraaf.

Pandemie
In de begroting 2022 hielden wij, zoals wij ook aangaven bij de uitgangspunten van de begroting 2022, geen rekening met de (mogelijke) gevolgen van COVID-19. Dit ook omdat het Rijk tot op heden de financiële gevolgen compenseert.
Deze pandemie lijkt nu onder controle, maar het risico op een nieuwe pandemie is niet weg. Daarom namen wij een risicobedrag van € 200.000 op.

Risico: Negatieve financiële gevolgen van een nieuwe pandemie (€ 200.000)

Sociaal domein
De raad bepaalde dat het sociaal domein in Terneuzen budgettair neutraal verloopt, binnen het zogenaamde hekwerk sociaal domein. Dit zijn de wetten: Participatiewet, Wmo en Jeugdwet. Budgettair neutraal wil hier zeggen dat de lasten gelijk zijn aan de baten inclusief mutaties reserve Sociaal domein. Een overschot in een bepaald jaar voegen we toe aan de reserve, een tekort halen we uit de reserve. Wij namen vanaf 2020 in de meerjarenbegroting een taakstellende bezuiniging in het sociaal domein op. Het restant van de reserve sociaal domein is eind 2021 beperkt. Indien deze volledig op is, komt de eerder afspraak van het lenen uit de Algemene reserve naar voren om het sociaal domein budgettair neutraal te houden, of nieuwe taakstellingen.

Risico: de bezuinigingstaakstelling sociaal domein wordt niet gehaald

Onderstaand geven wij inzicht in de resultaten binnen het hekwerk sociaal domein.

x € 1.000

Raming (begroting)

Werkelijk (rekening)

Verschil

Wmo

16.813

17.735

-922

Participatiewet

12.595

10.918

1.677

Jeugdhulp

18.708

20.985

-2.277

Per saldo onttrekking aan reserve SD

0

1.522

1.522

Onderstaand gaan wij in op de verbonden partijen die van invloed zijn op bovenstaande resultaten. Daarnaast is vooral de verdeling van de BUIG middelen de oorzaak van het positieve saldo, waardoor er minder aan de reserve sociaal domein onttrokken moest worden. Voor een nadere (financiële toelichting) verwijzen wij ook naar onderdeel III Toelichting op baten en lasten van de jaarrekening 2021 en de paragraaf verbonden partijen.

Dethon
Volgens de primitieve begroting 2021 van Dethon was er voor Terneuzen een te betalen aandeel in het tekort van € 1.138.000. In werkelijkheid is ons aandeel € 869.000. Er is minder nadeel van € 269.000. Dit lagere tekort is ten goede gekomen van de reserve sociaal domein en maakt mede daardoor onderdeel uit van de per saldo onttrekking aan de reserve Sociaal domein.

aan-z
Het saldo van de jaarrekening 2021 aan-z bedraagt per saldo € 0. In de jaarrekening van aan-z is het overschot op de budgetsubsidie van € 287.000 opgenomen als nog te betalen aan de gemeente Terneuzen. Dit is in lijn met de financiële verordening van aan-z. Dit bedrag voegen wij toe aan de reserve sociaal domein, en maakt daarmee ook onderdeel uit van de per saldo onttrekking aan de reserve Sociaal domein.

Inkooporganisatie Jeugdhulp Zeeland
We hebben de ramingen van de laatst vastgestelde begrotingswijziging van de GGD voor de IJZ moeten opnemen als realisatie. Dit door de met de accountants afgesproken nieuwe afrekensystematiek voor de jeugdhulp van de Inkooporganisatie jeugdhulp (de zogenoemde t+1).  In februari 2022 is een tussenstand opgemaakt voor 2021 die ongeveer € 6 ton hoger was dan deze raming. Dit betekent dat er in 2021 nog een nadeel wordt verwacht over 2021 op de jeugdhulp van ongeveer € 6 ton. Deze afrekening, die bij de definitieve jaarrekening van GGD/IJZ nog hoger kan zijn omdat nog niet alle zorgaanbieders afgerekend zijn, komt ten laste van 2022. We namen deze al mee bij de eerder genoemde claims op de reserve sociaal domein.

GGD
De GGD heeft een claim ingediend bij het Rijk voor compensatie van alle kosten veroorzaakt door COVID-19. Vooralsnog gaan wij ervan uit dat deze claim toegewezen wordt. Mocht het Rijk onverhoopt een deel van de claim niet toewijzen dan komen deze kosten voor rekening van de deelnemers, de gemeenten. Vooralsnog zijn er geen signalen dat het Rijk de claim niet volledig toewijst.
Daarnaast is er een WOB verzoek ingediend bij de GGD in verband met een datalek. Dit is een landelijk item. Voor meer informatie hierover verwijzen wij naar de Jaarstukken van de GGD. Mocht dit in de toekomst tot een claim komen (waar we op dit moment niet van uitgaan) dan heeft dat gevolgen voor onze gemeente als deelnemer in de GGD. Vooralsnog wachten wij dit verder af.  

Gemeentefonds
De ontwikkeling van de algemene uitkering gemeentefonds is belangrijk voor onze financiële positie. De diverse circulaires in de loop van het jaar (mei, september en december) leiden tot onvoorspelbare financiële effecten (trap-op-trap-af). Daarnaast vindt in 2023 een herijking van het gemeentefonds plaats. Dit zowel voor het algemene deel als het sociaal domein.

Trap op, trap af

Risico: de algemene uitkering gemeentefonds daalt door ‘trap op, trap af’

Het Rijk heeft als gevolg van de COVID-19 het accres van de algemene uitkering gemeentefonds voor 2020 en 2021 bevroren op het niveau van de Meicirculaire 2020 Gemeentefonds. Vanaf 2022 lopen we weer het risico dat de algemene uitkering door 'Trap-op-trap-af' daalt. Wij ramen dit risico op basis van ervaring op € 500.000.

Herijking/herverdeling gemeentefonds

Risico: de herijking/herverdeling gemeentefonds geeft geen risico

In een eerdere versie (februari 2021) van de herijking gemeentefonds hadden wij een nadeel van  € 53 per inwoner. In de laatste actualisatie van de herijking (augustus 2021) hebben wij een voordeel van € 42 per inwoner. Wij hebben in de meerjarenraming vanaf 2023 de gevolgen van de herijking gemeentefonds op € 0 per inwoner geraamd. De Provincie Zeeland adviseert om voordelen niet mee te nemen en nadelen wel rekening mee te houden. Omdat wij nog € 42 per inwoner speling hebben voor de definitieve herijking op 1 januari 2023 schatten wij het risico op een nadeel bij de daadwerkelijke invoering in op nihil.

Invoering Omgevingswet en Wkb
De invoering van de Omgevingswet en de Wkb (Wet kwaliteitsborging voor het bouwen) is in 2021 weer uitgesteld.

Risico: legesopbrengst is lager dan geraamd


De oorspronkelijke invoeringsdatum van 1 juli 2022 verschuift naar 1 januari 2023.
Naar de financiële gevolgen van de Omgevingswet én de gelijktijdig inwerking tredende Wet kwaliteitsborging voor het bouwen (Wkb) doen wij onderzoek. Als gevolg van de Omgevingswet en de Wkb kunnen wij geen leges meer heffen voor eenvoudige bouwwerken. Wij verwachten dat dit € 380.000 aan nadeel geeft. Wij doen onderzoek naar een kostendekkende tariefstelling om het financiële gat dat hierdoor ontstaat te kunnen opvangen.
Naast een verlies aan leges is er ook sprake van extra taken op het gebied van vergunningverlening. Als gevolg hiervan verwachten we op jaarbasis een bedrag € 100.000 aan extra kosten. Ook gaan er bodemtaken over van de provincie naar de gemeente. De kosten voor het uitvoeren van die taken zijn ingeschat op € 145.000. Op dit moment is nog niet duidelijk of het Rijk dit zal compenseren.
De VNG en het Rijk overleggen over een aanvullende vergoeding voor het wegvallen van inkomsten als gevolg van de Wet kwaliteitsborging voor het bouwen en voor de kosten die verband houden met het opschuiven van de invoeringsdatum van de Omgevingswet. Bij het tot stand komen van deze jaarrekening waren de uitkomsten uit deze overleggen nog niet bekend.
Wij kwantificeren het risico op € 200.000.

Transitieplan Voorgezet Onderwijs

Risico: nieuwe financiële bijdrage voor Transitieplan Voortgezet Onderwijs

Wij leveren in de periode tot 2022 een bijdrage in het Transitieplan Voortgezet Onderwijs (VO). Hierover maakten betrokken overheden in 2017 afspraken. Eén van de afspraken is vaststelling per periode van vier jaar of er een (additionele) financiële bijdrage voor het VO nodig is. Hierbij hoort ook de hoogte van het bedrag dat nodig is om de onderwijskwaliteit van het VO in Zeeuws-Vlaanderen te garanderen en de verdeelsleutel tussen de overheden. De evaluatie van het huidige financieel arrangement is eind van het jaar beschikbaar gekomen. Wij hielden in de begroting 2022 en meerjarenraming 2023-2025 financieel geen rekening met een nieuw arrangement, wel namen we een stelpost in 2023 t/m 2025 op met een bedrag van € 93.750. Verdere financiële vertaling volgt nog.

Klimaat en duurzaamheid
De wettelijke eisen en doelstellingen op het gebied van duurzaamheid kunnen (op termijn) leiden tot kosten die nu niet geraamd zijn. Wij brengen nu de (financiële) gevolgen voor onze gemeente in beeld. Tegenover hogere (kapitaal)lasten van noodzakelijke investeringen staan besparingen in de exploitatie (onderhoud en energie).

Risico: hogere kosten Rijksbeleid klimaat en duurzaamheid

De Transitievisie Warmte is door de gemeenteraad in de vastgesteld. De Zeeuwse gemeenten lieten dit stuk gezamenlijk opstellen door externe deskundigen. Kern van het verhaal is dat alle particuliere huishoudens over moeten stappen van gas naar alternatieve warmtebronnen. Het stuk reikt handvatten aan de gemeenten om te komen tot een best practical wijkgerichte aanpak. Op basis van deze handvatten komen er in de loop van 2022 nadere voorstellen over deze wijkgerichte aanpak; inhoudelijk, maar ook qua planning en inzet van personele en financiële middelen. Los van de concrete rol van de gemeente hier straks in heeft is het nu wel al zeker dat deze operatie niet geringe financiële en personele middelen gaat vergen. Hoeveel is op dit moment nog niet aan te geven. We nemen hiervoor een pm op.

Contracten met RUD Zeeland/DCMR
Wij hebben met de RUD Zeeland een tienjarig contract afgesloten. Wij voeren voor de RUD Zeeland de zogenaamde piofac-taken (bedrijfsvoering) uit. Verder huurt de RUD Zeeland bij ons kantoorruimte. Het dienstverleningscontract en het huurcontract lopen tot 1 januari 2024.

Risico: geen nieuwe contracten met RUD Zeeland na 2023

Het risico bestaat dat er geen nieuwe contracten worden afgesloten. Dit heeft financiële gevolgen. De hoogte hiervan is vooral afhankelijk van de inzetbaarheid van de vrijvallende personele capaciteit en de herbezetting van de vrijkomende kantoorruimte.  Indien er sprake is van een vacature voor een functie met piofac-taken voor de RUD Zeeland, dan vervullen we de functie in principe tot 1 januari 2024. Het risico ramen wij voorlopig op pm.

Fiscale risico's
We sloten met de Belastingdienst een convenant Horizontaal Toezicht (HT) af. Dit betekent onder andere dat we vooraf overleggen over belangrijke fiscale vraagstukken. Wij hebben ook periodiek afstemmingsoverleg met de Belastingdienst. De Belastingdienst wil naar een verscherpte uitvoer van Horizontaal Toezicht. We ontvingen van de Belastingdienst aanvullende en aangescherpte voorwaarden ten aanzien van het convenant (Doorontwikkeling) Horizontaal Toezicht. Om hieraan op 31 december 2022 te voldoen stelden wij een plan van aanpak op. De uitvoering van dit plan is gestart en verloopt volgens planning. Doel is dat wij maatregelen nemen om op fiscaal gebied verder in control te komen. Wij kunnen niet uitsluiten dat controles op de toepassing van de ingewikkelde wet- en regelgeving leiden tot onjuistheden met mogelijk financiële gevolgen.

Risico: controles leiden tot correcties met negatieve financiële gevolgen

Wij kwantificeren de fiscale risico's op € 500.000. De afgelopen jaren hebben wij geen negatieve fiscale correcties gehad.  

Schadeclaims
De gemeente voert veel taken uit die direct invloed hebben in de samenleving. We ontwikkelen plannen, realiseren voorzieningen, onderhouden de openbare ruimte etc. De uitvoering van al deze taken kan leiden tot aansprakelijkheidstellingen voor geleden schade. Ons streven is dat externe partij(en) de eventuele schade dragen.
Wij ontvingen in 2021 geen schadeclaims van materiële betekenis.

Risico: aansprakelijkheidstellingen door derden die leiden tot schadevergoeding

Wij gaan de komende jaren uit van een risico op schadeclaims van € 200.000.

Vereniging van Zeeuwse Gemeenten VZG-richtlijn
Wij hebben de uitvoering van diverse taken ondergebracht bij verbonden partijen. De directe invloed op de inhoudelijke en financiële resultaten is minder dan bij uitvoering door onze organisatie. De meerderheid van de deelnemers in de verbonden partij bepalen de besluitvorming.
De verbonden partijen GGD-IJZ, aan-z en Dethon lichtten wij bij het sociaal domein toe. Wij verwijzen voor totaal overzicht van de financiële bijdragen 2021 naar de paragraaf Verbonden partijen.  

Risico: bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen zijn hoger dan de (geraamde) VZG-richtlijn

Wij namen in onze meerjarenraming vanaf 2022 jaarlijks € 300.000 op voor de hogere bijdragen aan de GR-en. Omdat blijkt dat er druk zit op de VZG norm schatten het risico in op € 200.000.
Afgelopen jaar kwamen er steeds meer signalen dat de verbonden partijen (vooral de verbonden partijen die een groot aandeel personeelskosten hebben) niet meer uitkomen met de VZG norm. De GGD Zeeland is hiervan een voorbeeld. Omdat de GGD geen sluitende begroting voor 2022 kon presenteren bezochten ze alle gemeenteraden om onder andere dit toe te lichten.
Naar de huidige werkwijze van de VZG norm loopt momenteel een onderzoek vanuit de Vereniging Zeeuwse Gemeenten (VZG).

Ontwikkeling CPI
Onze belastingen en heffingen indexeren wij met de CPI. Vanaf 2023 hanteren wij hiervoor 2%.

Risico: lagere werkelijke CPI dan de geraamde 2% vanaf 2023

Wij hebben in onze meerjarenraming 2023-2025 rekening gehouden met een jaarlijkse verhoging van de belastingen en tarieven met een CPI van 2%. Dit percentage wordt jaarlijks landelijk bepaald. Als dit percentage lager is dan 2%, dan is daardoor ook onze verhoging van de belastingen en tarieven lager. We schatten dit risico in op € 375.000. Dit is afgerond 1% van de belastingen en tarieven die we verhogen met het CPI.

Zwembad Koewacht
Uit onderzoek bleek dat het risico bestaat dat de bak van het zwembad in Koewacht zodanig scheurt dat we deze niet meer kunnen gebruiken. Als we de bak moeten vervangen hebben we hiervoor geen financiële middelen geraamd. Afgelopen jaar was vervanging niet nodig.

Risico: voor vervanging van de bak is geen budget geraamd


Het spannende moment in het zwembad Koewacht is het schoonmaken van het bad aan het begin van het seizoen (mei 2022). Al het water moet er dan uit. Er is dan een opwaartse druk waardoor de polyester laag kan scheuren. Scheuren zijn veelal te repareren. Als het helemaal uit elkaar klapt is de schade aanzienlijker.
Wij ramen de kosten, en daarmee het risico, van de vervanging van de bak van het zwembad in Koewacht op € 500.000.

Kwantificering risico's
De in de Begroting 2021 gekwantificeerde risico's deden zich in werkelijkheid, op het niet volledig invullen van de taakstelling sociaal domein na, niet voor.

Ook in afgelopen jaar waren wij geconfronteerd met COVID-19. De nadelige financiële gevolgen voor onze gemeente compenseerde het Rijk deels in het afgelopen jaar en deels in het volgende jaar. Dit laatste zegde het Rijk toe in de Decembercirculaire 2021 Gemeentefonds.

Voor 2022 en volgende jaren houden wij rekening met de risico's in onderstaande tabel. Deze lichtten wij toe in het onderdeel 'Risico's'.

Onderdeel

Risico

Financieel gevolg x
 € 1.000

Pandemie

Negatieve financiële gevolgen van een nieuwe pandemie

200

Sociaal domein (SD)

Het SD is binnen het hekwerk niet budgettair neutraal (de lasten zijn hoger dan de baten), o.a. omdat de bezuinigingstaakstelling SD niet wordt gehaald

1.000

Gemeentefonds  Trap op, trap af

De algemene uitkering gemeentefonds daalt door ‘Trap op, trap af’

500

Gemeentefonds herijking/herverdeling

De algemene uitkering gemeentefonds leidt tot een nadeel

**0

Invoering Omgevingswet en Wkb

De legesopbrengst is lager dan geraamd

200

Transitieplan Voortgezet Onderwijs

Extra bijdrage aan nieuwe transitieplan

pm

Klimaat en duurzaamheid

Hogere kosten voor uitvoering Rijksbeleid

pm

Contracten RUD Zeeland

Geen nieuwe contracten met RUD Zeeland na 2023

pm

Fiscale controles

Controles leiden tot correcties met negatieve financiële gevolgen

500

Schadeclaims

Aansprakelijkheidstellingen door derden die leiden tot schadevergoeding

200

Verbonden partijen

Bijdragen aan verbonden partijen zijn hoger dan de (geraamde) VZG-richtlijn

*200

Ontwikkeling CPI

Lagere werkelijke CPI dan de geraamde 2%

*375

Zwembad Koewacht

Voor vervanging van de bak is geen budget geraamd

500

*  deze risico's gelden vanaf 2023
** er is een fasering in een eventueel nadeel van € 15 per inwoner per jaar (2023 wordt € 7,50 per inwoner) voor een periode van vier jaar. Het laatste jaar, 2026, kan wijzigen omdat het Rijk opnieuw naar delen van de herijking kijkt.

Conclusie weerstandscapaciteit in relatie tot de (rest)risico’s
In 2021 leidden de voorziene risico's en het niet voorziene risico (COVID-19) niet tot aantasting van het weerstandsvermogen.

Op basis van onze inschattingen is de weerstandscapaciteit de komende jaren voldoende om de (rest)risico's op te vangen.

COVID-19

COVID-19 is niet gestopt per 31 december 2021. Ook in 2022 lopen we risico hierdoor. De ervaring van 2020 en 2021 is dat het Rijk de gevolgen van COVID-19 ruim compenseert. Ondanks dat hebben we voor 2022 een bedrag van € 400.000 opgenomen als risico.

In deze jaarrekening namen we een aparte paragraaf op met een analyse van de impact die COVID-19 financieel op onze gemeente had. Wij gaan ervan uit dat dit op dezelfde wijze in 2022 doorloopt.

Voor meer informatie verwijzen wij naar de paragraaf COVID-19.

Kengetallen financiële positie

Het Besluit Begroten en Verantwoorden (BBV) schrijft een basisset van vijf kengetallen voor die in samenhang informatie geven aan de Raad over de financiële positie van de gemeente.
Doel van deze kengetallen is het kunnen vormen van een beter oordeel over het structureel en reëel sluitend zijn van de begroting. Voor de stand van de financiële positie is het belangrijk de kengetallen in samenhang te beoordelen.

De Provincie Zeeland hanteert voor de kengetallen de volgende signaleringswaarden.

Kengetal

Categorie A

Categorie B

Categorie C

Netto schuldquote
a. zonder correctie doorgeleende gelden

<90%

90-130%

>130%

b. met correctie doorgeleende gelden

<90%

90-130%

>130%

Solvabiliteitsratio

>50%

20-50%

<20%

Grondexploitatie

<20%

20-35%

>35%

Structurele exploitatieruimte begroting

>0%

0%

<0%

Belastingcapaciteit

<95%

95-105%

>105%


De gezamenlijke provinciale toezichthouders besloten om voor het verkrijgen van een goed beeld op de financiële positie aan te sluiten bij de zgn. signaleringswaarden. Deze zijn afkomstig van de stresstest voor 100.000+ gemeenten. De signaleringswaarden zijn ingedeeld in categorieën. De provinciale toezichthouders geven geen waarde oordeel over deze categorieën. Dit omdat normering in eerste instantie door de gemeente zelf plaatsvindt. Duidelijk is wel dat categorie A het minst risicovol is en categorie C het meest.

Kengetallen

Jaarrekening

Begroting

2019

2020

2021

 CAT.

2021

Netto schuldquote

90,5%

79,0%

70,7%

A

96,6%

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

89,8%

78,4%

69,9%

A

96,0%

Solvabiliteitsrisico

20,3%

23,5%

26,9%

B

19,3%

Grondexploitatie

6,0%

5,1%

3,2%

A

3,8%

Structurele exploitatieruimte

1,7%

2,6%

4,3%

A

1,6%

Gemeentelijke belastingcapaciteit

99,2%

98,1%

96,5%

B

99,2%

Debtratio

79,7%

76,5%

73,1%

80,7%

Netto schuld per inwoner

€ 2.660

€ 2.528

€ 2.320

€ 2.912

Verplichte indicatoren vanuit het BBV

Bij onderstaande indicatoren hebben wij streefwaarden ingezet om direct in de grafieken te kunnen zien hoe wij ervoor staan. Deze streefwaarden zijn niet vast en kunnen indien de raad dit wil nog wijzigen.

Netto schuldquote (NSQ)
De netto schuld geeft het niveau van de schuldenlast van de gemeente aan ten opzichte van de eigen middelen. De netto schuldquote geeft een indicatie van de druk van de rentelasten en de aflossingen op de exploitatie.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: (vaste schulden + netto vlottende schuld + overlopende passiva - Financiële activa - uitzetting < 1 jaar - liquide middelen - overlopende activa) / totale baten exclusief mutaties reserves x 100%.

Netto schuldquote

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Rek
2021

Kengetal Terneuzen

90,5%

79,0%

96,6%

70,7%

Categorie

B

A

B

A



Netto Schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Om inzicht te verkrijgen in hoeverre sprake is van doorlenen wordt de netto schuldquote zowel in- als exclusief doorgeleende gelden weergegeven (netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen is exclusief doorgeleende gelden). Op die manier wordt duidelijk in beeld gebracht wat het aandeel van de verstrekte leningen is en wat dit betekent voor de schuldenlast.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: (vaste schulden + netto vlottende schuld + overlopende passiva - Financiële activa + verstrekte geldleningen - uitzetting < 1 jaar - liquide middelen - overlopende activa) / totale baten exclusief mutaties reserves x 100%.

Netto schuldquote gecorrigeerd voor alle verstrekte leningen

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Rek
2021

Kengetal Terneuzen

89,8%

78,4%

96,0%

69,9%

Categorie

A

A

B

A

Solvabiliteitsratio
Dit kengetal geeft inzicht in de mate waarin de gemeente in staat is aan haar financiële verplichtingen te voldoen. Hoe hoger de solvabiliteitsratio, hoe groter de weerbaarheid van de gemeente.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: (eigen vermogen / totaal passiva) x 100%.

Solvabiliteitsrisico

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Rek
 2021

Kengetal Terneuzen

20,3%

23,5%

19,3%

26,9%

Categorie

B

B

C

B



Grondexploitatie
Het kengetal grondexploitatie geeft aan hoe groot de grondpositie (de waarde van de grond) is ten opzichte van de totale (geraamde) baten.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: (totale activa bouwgronden in exploitatie / totale baten exclusief mutaties reserves) x 100%.

Grondexploitatie

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Rek
 2021

Kengetal Terneuzen

6,0%

5,1%

3,8%

3,2%

Categorie

A

A

A

A

Structurele exploitatieruimte
Dit kengetal helpt om te beoordelen welke structurele ruimte een gemeente heeft om de eigen lasten te dragen, of welke structurele stijging van de baten of structurele daling van de lasten daarvoor nodig is. Wanneer dit cijfer negatief is, betekent het dat het structurele deel van de begroting onvoldoende ruimte biedt om de lasten te blijven dragen. Het kengetal is belangrijk voor de beoordeling van het structurele en reële evenwicht van de begroting.
Bij incidentele lasten of baten gaat het om eenmalige zaken die zich gedurende maximaal drie jaar voordoen. Voorbeelden van structurele baten zijn de algemene uitkering en eigen belastinginkomsten. Bij structurele lasten zijn dat bijvoorbeeld de personeelslasten, kapitaallasten en bijdragen aan gemeenschappelijke regelingen.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: ((totale baten - incidentele baten) - (totale lasten - incidentele lasten) + structurele onttrekkingen - incidentele toevoegingen) / totale baten exclusief mutaties reserves) x 100%.

Structurele exploitatieruimte

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Rek
 2021

Kengetal Terneuzen

1,7%

2,6%

1,6%

4,3%

Categorie

A

A

A

A



Gemeentelijke belastingcapaciteit: Woonlasten meerpersoonshuishouden
Dit kengetal geeft inzicht in hoe de belastingdruk in de gemeente zich verhoudt ten opzichte van het landelijk gemiddelde. Als dit percentage laag ligt, betekent het dat de gemeente meer inkomsten uit belastingen kunnen verwerven. Of dit wel of niet gebeurt is een beleidskeuze van de gemeente.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: (totale woonlasten (= OZB gezin bij een gemiddelde WOZ waarde + rioolheffing gezin bij een gemiddelde WOZ waarde + afvalstoffenheffing gezin) / totale gemiddelde landelijke woonlasten) x 100%.

Gemeentelijke belastingcapaciteit

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Begr
2021

Kengetal Terneuzen

99,2%

98,1%

99,2%

96,5%

Categorie

B

B

B

B



Eigen indicatoren gekozen door de gemeenteraad
Naast bovenstaande verplichte basisset van verplichte kengetallen gebruiken wij al enige jaren  twee kengetallen waarmee wij de financiële positie volgen. Dit zijn de debtratio en de netto schuld per inwoner. Hieraan koppelden wij geen streefwaarden.

Debt-ratio
De debt-ratio is de omgekeerde solvabiliteitsratio en geeft de verhouding aan van de schulden ten opzichte van het balanstotaal.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: ((voorzieningen + langlopende geldleningen + kortlopende schulden + overlopende passiva) / totaal passiva) x 100%.

Debtratio

Rek
2019

Rek
 2020

Begr
2021

Rek
2021

Kengetal Terneuzen

79,7%

76,5%

80,7%

73,1%



Netto schuld per inwoner
Het kengetal netto schuld per inwoner is net als de debtratio overgebleven uit de stresstesten die wij in het verleden opstelden. De berekening komt voor een groot deel overeen met het verplichte kengetal netto schuldquote.

Dit kengetal berekenen wij als volgt: (vaste schulden + netto vlottende schuld + overlopende passiva - Financiële activa - uitzetting < 1 jaar - liquide middelen - overlopende activa) / totaal aantal inwoners) x € 1.
N.B. voor het vergelijk nemen wij een constant aantal inwoners op van 54.500 inwoners.

Netto schuld per inwoner

Rek
2019

Rek
2020

Begr
2021

Rek
2021

Kengetal Terneuzen

€ 2.660

€ 2.528

€ 2.912

€ 2.320

Deze pagina is gebouwd op 05/30/2022 12:19:43 met de export van 05/30/2022 11:57:36