Jaarrekening 2021

I Balans en Toelichting

Totaal generaal

234.892

234.064

Totaal generaal

234.892

234.064

31-12-2021

31-12-2020

Gewaarborgde geldleningen

157.953

184.412

Toelichting op de balans

Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV)
De jaarrekening maakten we op met inachtneming van de verslagleggingsvoorschriften van het Besluit Begroting en Verantwoording provincies en gemeenten (BBV) en de verordening ex artikel 212 Gemeentewet. Hierin stelde de gemeenteraad op 18 maart 2021 de uitgangspunten voor het financiële beleid, alsmede de regels voor het financiële beheer en voor de inrichting van de financiële organisatie vast.

Voor investeringen van voor 1 januari 2004 (invoeringsdatum BBV) blijven de tot dan toe gehanteerde methodes gehandhaafd. Uitzonderingen hierop zijn de investeringen in rioleringswerken en onderwijshuisvesting. Daarvan hebben we de afschrijvingstermijnen aangepast.

Tot slot nemen wij aan de actiefzijde van de balans (buiten de balanstelling) het bedrag op waarvan het recht bestaat op verliescompensatie krachtens de Wet op de Vennootschapsbelasting 1969.

Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling
De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vindt plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij betreffende balansposten anders is vermeld, nemen wij de activa en passiva op tegen nominale waarden. De waarderingsgrondslagen per balansonderdeel lichten wij in het vervolg van deze jaarrekening toe.

De baten en lasten rekenen wij toe aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Baten en winsten nemen wij slechts op voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, nemen wij in acht indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend waren. Baten en lasten, waaronder ook begrepen heffing van de vennootschapsbelasting, worden daarbij verantwoord tot hun brutobedrag.

De leges omgevingsvergunningen verantwoorden wij in het jaar van de aanvraag of als de aanvraag per balansdatum nog in behandeling is, naar rato van de uitgevoerde werkzaamheden met betrekking tot deze aanvraag.

Dividendopbrengsten van deelnemingen verantwoorden wij als baten op het moment waarop het dividend betaalbaar wordt gesteld.

In de jaarrekening namen we de algemene uitkering op volgens de in 2021 laatste gepubliceerde accresmededeling (septembercirculaire 2021). Bij de verwerking van de algemene uitkering gingen we uit van de beschikking van 23 december 2021 (betaalmaand 2022-01).

Personeelslasten rekenen wij in principe toe aan het dienstjaar waarop ze betrekking hebben. Uitzondering hierop is de ziektekostenpremie voor gepensioneerden.

Persoonsgebonden budgetten (PGB) Jeugd en Wmo
De PGB’s zijn in de jaarrekening 2021 opgenomen volgens de laatste prognose bestedingen 2021 van 14 maart 2022 van de SVB inzake Verantwoording trekkingsrechten Wmo en Jeugdwet.

Eigen bijdrage Centraal Administratie Kantoor (CAK)
De wetgever heeft bepaald dat het CAK de berekening, oplegging en incasso van de eigen bijdragen in het kader van de Wmo uitvoert. Als gevolg van privacy redenen hebben de gemeenten niet direct inzicht in de individueel door het CAK berekende eigen bijdrage van de cliënt en kunnen daarom de juistheid en volledigheid van de eigen bijdrage niet vaststellen. Door de systematiek te kiezen van het vaststellen van de eigen bijdrage door het CAK, heeft de wetgever in feite bepaald, dat de verantwoordelijkheid voor de juistheid en volledigheid van de eigen bijdrage geen gemeentelijke verantwoordelijkheid is. Dat betekent dat door de gemeente geen zekerheden over omvang en hoogte van de eigen bijdragen kunnen krijgen.

Toelichting op de balans per 31 december 2021
(postgewijs)

Activa

Vaste activa
De vaste activa waarderen wij op basis van verkrijgings- of vervaardigingsprijs, verminderd met de afschrijvingen. We waarderen volgens de bruto-methode. Uitzonderingen hierop zijn bijdragen van derden die in directe relatie staan met het actief. Deze brengen wij direct in mindering als bijdrage. We schrijven af volgens de regels van onze financiële verordening.

De hoofdlijn is dat we de afschrijving starten vanaf 1 januari het jaar na gereedkomen/ ingebruikname.

De rente verdeelden we over de programma’s op basis van de boekwaarde van de vaste activa aan het begin van het dienstjaar. Dit deden we met het geactualiseerde omslagpercentage. Voor enkele activaposten passen wij een vast percentage toe.

Deze pagina is gebouwd op 05/30/2022 12:19:43 met de export van 05/30/2022 11:57:36